Ter observatie opgenomen

Een boek over 70 jaar Pieter Baan Centrum

 

Recent is Ter observatie opgenomen. Pieter Baan Centrum 1949-2019 verschenen: voor veel medisch-historisch geïnteresseerden, met name voor hen die zich met de (forensische) psychiatrie en psychologie bezig houden een interessant boek over de bekende observatiekliniek. ‘De forensische onderzoekskliniek die onder alle pressie stoïcijns blijft.’ ‘De verdachte wordt ter observatie opgenomen in het Pieter Baan Centrum,’ en ‘het onderzoek in het Pieter Baan Centrum heeft uitgewezen dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is’. Het zijn bekende mededelingen op radio en televisie wanneer het gaat om strafzaken. En dat is ook hoe de meeste mensen van het Pieter Baan Centrum (PBC) gehoord hebben. Tegelijk is er weinig bekend over wat de observatie in het PBC precies inhoudt. Hoe zijn de onderzoekers daar tot hun conclusies over de toerekeningsvatbaarheid, het gevaar van herhaling en de wenselijkheid van een terbeschikkingstelling (tbs) gekomen?
Dit boek over zeventig jaar PBC geeft inzicht in de gang van zaken binnen deze observatiekliniek. Daarbij passeert een aantal bekende zaken de revue, zoals die van de Duitse SS’er Kotälla (van de ‘drie van Breda’), Gerrit de Stotteraar en Volkert van der G. Sinds de kliniek in 1949 mede door de gedreven Utrechtse psychiater Pieter Baan werd opgericht, is er veel veranderd. Het PBC was aanvankelijk bedoeld om strenger en zorgvuldiger te selecteren voor terbeschikkingstellingen omdat de toenmalige tbr-klinieken overvol zaten. In de beginjaren werd meer dan de helft van de verdachten onderzocht in verband met relatief kleine vergrijpen. In de regel was er geen sprake van geweldpleging. Reden voor opname was vaak de grote mate van recidive: een reeks van gepleegde inbraken, diefstallen, verduisteringen en oplichtingen, of relatief lichte zedendelicten als het ‘potloodventen’. Vanaf de jaren zeventig verschoof het accent in de richting van ernstige gewelds- en zedendelicten, zoals moord en verkrachting. Intussen werden de observatiemethoden verfijnd en deden nieuwe wetenschappelijke inzichten hun intrede.
Tegenwoordig komen er vrijwel uitsluitend nog verdachten van zware misdrijven ter observatie in het PBC. Omdat deze misdrijven vaak een grote maatschappelijke impact hebben, werd de druk vanuit de politiek in sommige gevallen sterker gevoeld en kwam de kliniek steeds meer in de publiciteit te staan. Het PBC heeft daarbij – zo blijkt uit het boek – haar bestaansrecht in die zeventig jaar ondanks alle maatschappelijke en politieke discussie bewezen. De geschiedenis heeft enerzijds laten zien dat het PBC in staat is zich aan te passen aan de veranderende eisen van de tijd en anderzijds dat het zich schrap zet zodra de kwaliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de rapportage in het geding zijn. In de zaken tegen Volkert van der G. en Lucia de B. bijvoorbeeld, kwam het PBC van alle kanten onder vuur te liggen, maar bleef het in de woorden van dagblad Trouw ‘onder alle pressie stoïcijns’.
Het Pieter Baan Centrum (PBC) is een onderdeel van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie van het ministerie van Justitie en Veiligheid.

Over de auteurs: Timo Bolt is historicus en universitair hoofddocent medische geschiedenis aan het Erasmus MC te Rotterdam. Jacomien Gijzeman studeerde sociale wetenschappen en geschiedenis en is zelfstandig historisch onderzoeker. Joost Vijselaar is hoogleraar geschiedenis van de psychiatrie aan de Universiteit Utrecht.
Ter observatie opgenomen is een uitgave van Uitgeverij Boom. Het is verkrijgbaar via de boekwinkel en internet.